Zich (vreemd) aanstellen
Ontleend aan I Kon. 14, waarin de blinde profeet Ahia de ondergang van koning Jerobeam voorzegt. Jerobeams vrouw wordt door haar man naar Ahia gezonden om hem te spreken over de ziekte van hun zoon Abia. Zij mag zich echter niet kenbaar maken als Jerobeams vrouw. Vs. 5 van dit hoofdstuk deelt dan mede: ‘Maar de Here zeide tot Ahia: Zie, Jerobeams huisvrouw komt, om een zaak van u te vragen aangaande haar zoon, want hij is krank; zo en zo zult ge tot haar spreken, en het zal zijn, als zij inkomt, dat zij zich vreemd aanstellen zal. (Vs. 6). En het geschiedde als Ahia het geruis harer voeten hoorde, toen zij ter deure inkwam, dat hij zeide: Kom in, gij huisvrouw van Jerobeam! Waarom stelt gij u dus vreemd aan? Want ik ben tot u gezonden met een harde boodschap.’ Hierop volgt dan de aanzegging van de ondergang van het huis Jerobeam