Ontleend aan Gen. 41, waarin Farao’s droom beschreven wordt over de zeven vette en de zeven magere koeien, over de zeven volle en de zeven loze aren, die door Jozef worden uitgelegd als zeven vette (vruchtbare) en zeven magere (onvruchtbare) jaren, waarom Jozef de koning aanraadt in de jaren van overvloed voorraden aan te leggen voor de jaren van hongersnood