Je bent toch geen beest?

Wordt soms gezegd tegen iemand die zijn maaltijden gebruikt zonder gebed vooraf

Ik spreek toch geen Frans?

Ik spreek toch duidelijk verstaanbare taal? Wordt gezegd wanneer iemand voorwendt een gegeven waarschuwing of bevel niet te hebben begrepen

Daar steekt toch niets achter?

Wantrouwende vraag als men niet zeker is omtrent iemands bedoelingen

Daar steekt toch niets in?

Dat kan toch geen kwaad, dat mag toch wel?

Het is toch grijs ook

Het is heel erg, het is bar, het is een schande. De herkomst is niet geheel opgehelderd

Dat kan ik toch niet ruiken ?

Verontwaardigde opmerking wanneer men een standje krijgt voor iets dat men niet weten kon

Er is toch geen kantje aan?

‘Kantje’ betekent hier: bezwaar, zwarigheid, moeilijkheid, addertje onder het gras. De herkomst van het woord ‘kantje’ in deze uitdrukking is niet geheel opgehelderd, of het zou moeten worden aangevul...
Lees meer

Een harde tocht doorstaan

Veel lijden verduren

Er is toch niets aan de knikker?

De zaak is immers wel in de haak?

O schaamtelooze! op wien verbeeldt g’U toch

Den vlek te werpen van Uw giftig addrenspog ?

Achter de wolken schijnt (toch) de zon

Troostwoorden wanneer de lucht zwaar bewolkt is en de regen dreigt of valt. Ook figuurlijk gezegd wanneer men in moeilijkheden verkeert

Het kind moet toch een naam hebben

Wordt vaak gekscherend gezegd, als men iets met een verkeerde naam aanduidt of men niet op de juiste naam kan komen

Kak of geen kak, toch op de pot

Of je wil of niet, je zult!

Kak of geen kak, toch op de pot

Je moet, of je wilt of niet

Het tocht als een sluis

Het tocht heel erg

Hij stond in de tocht

Hij stond voor gek

Uit (in) de tocht zitten

Overdrachtelijk voor: zitten op een plaats, die (geen) voordeel biedt

De ceders van de Libanon worden toch wel afgehouwen

Er bestaat niets dat iemand kan vrijwaren tegen de dood

Ik kan het toch niet van mijn rug afsnijden?

Gezegd wanneer men bij iemand om geld komt en deze het niet heeft

Als je toch het hart (in je lijf) hebt!

Als je toch de moed, het lef hebt om dit of dat te doen

Aprilletje zoet geeft toch nog wel eens een witte hoed

In de maand april wil het nog wel eens sneeuwen
toon meer resultaten