Spreekwoorden en gezegden met 'loop'

Rooie loop

Eigenlijk: centen, kopergeld; omdat men hierbij denkt aan rood koper, is de uitdrukking rooie loop ontstaan. Het is een woordspeling op bloeddiarree. In het algemeen voor: geld

Loop, loop, zei Kees, jy weet niet waer

De wynt van daen komt; maar wy weeten

Loop, loop, zei Kees, jy weet niet waer

De zaek al aers, des zwyg maer stil

Loop naar de pomp

Maak dat je wegkomt

Loop naar de koekoek

Maak datje wegkomt

Loop naar je grootje

Grootje, grootmoeder. Met dit gezegde wijst men de lastige, onaangename aanhouder af; oude vrouwen zullen hem gewilliger aanhoren

Loop rond, door, heen

Dit zijn zachtere vormen voor: loop naar de bliksem e.d

Op de loop gaan

Er vandoor gaan, aan de haal gaan, hard weglopen. Wanneer en hoe deze uitdrukking in deze vorm is ontstaan, is niet bekend

Op de loop zijn

Wordt veelal sarcastisch gezegd van de hersens van niet snuggere mensen. ‘Er is er één op de loop’

Loopgaren spinnen

Lanterfanten

Hij loop op zijn tandvlees

Hij is straatarm

Loop niet, voordat ge gaan kunt

Zorg ervoor eerst de kunst machtig te worden

Loop niet voordat gij gaan kunt

Leerlingen, weest niet te haastig om meester te spelen

Ik ben in mijn loop gestuit

Ik ben in mijn voornemen verhinderd

Zijn gedachten de vrije loop laten

Breedvoerig over een bepaalde zaak nadenken; een zaak tot in alle onderdelen uitdenken

Zijn tranen de vrije loop laten

Zich volledig aan het huilen overgeven. Letterlijk: ze niet met een zakdoek wegvegen

Als een haas op de loop gaan

Heel hard weglopen

Ik ben je loopjongen niet

Antwoord aan iemand die ons vraagt iets te halen of weg te brengen, terwijl de aangesprokene overtuigd is dat de vrager het zelf wel kan doen en dat het verzoek uit gemakzucht voortvloeit