Iets op een prikje weten (kennen)
D.i.: iets zeer nauwkeurig weten of kennen. Een ‘prik’ is een ingeboord stipje, vermoedelijk de indruk van een punt in oude boeken. Bedoeld is dan: alles kennen, tot zelfs de punten. Anderen menen, dat oudtijds een ‘prik’ bij de verpanding de kleinste som was, die men kon betalen, en die bij niet betaling aangeduid werd door een prik in de kerfstok. De uitdrukking zou dan feitelijk bedoelen: tot op de kleinste hoeveelheid, tot op een halve cent