De fideldans hebben

‘Fideldans’, verbastering van Sint-Vitusdans, d.i. een zenuwziekte, die zich kenmerkt door onwillekeurige spierbewegingen, een onrust der spieren, vnl. voorkomende bij kinderen. Tegen kinderen of grot...
Lees meer

Een fidele vent, kerel

Van Fra.: fidel, Lat.: fidelis, getrouw. Iemand die trouw is, waar men van op aan kan

Fundamentum est iustitiae fides

Basis van gerechtigheid is het vertrouwen

Ergens (geen) fiducie in hebben

‘Fiducie’, van Lat.: fiducia, vertrouwen. Derhalve : ergens (geen) vertrouwen in hebben

Duo parietes de eadem fidelia dealbare

Twee wanden uit een pot witten

Duo parietes de eadem fidelia dealbare

Twee vliegen in een klap slaan

Est et fideli tuta silentio merces

Ook voor trouw zwijgen bestaat een vaste beloning

Est et fideli tuta silentio merces

Vgl.: Praten is zilver, maar zwijgen is goud

Fidem non servanti fïdes servanda non est

Tegen wie zijn woord niet houdt, hoeft men zijn woord niet te houden

Naufragium rerum est mulier male fida marito

Een vrouw, die haar echtgenoot niet trouw is, is een ramp

Ubi defecerit ratio, ibi est fidei aedificatio

Waar het verstand het laat afweten, komt het op vertrouwen aan

Vulgare amici nomen, sed rara est fides

Het begip ‘vriend’ is algemeen verbreid, maar trouw is zeldzaam