Ik stuur niet voor elke visite een rekening. Vgl. De Decker (I, ii 7): ‘En hun (de dokters) voor elck besoeck, voor elcken gang goed geld - Goed goud of silver wierd ten minsten toegetelt.’
Voor elke nietigheid, beuzeling. De oorsprong van het woord is onzeker; er zijn overigens verschillende verklaringen. Reeds in de middeleeuwen sprak men van: wisje, wasje
Met deze ‘dokter’ wordt bedoeld de dokter, die zijn diagnoses uit de urine stelt, gemeenzaam: de piskijker (vroeger: de kycpisse). In verband met deze zegswijze bestond oudtijds het volgend versje