'Besteden', afgeleid van 'stad', dat oudtijds in het algemeen 'plaats' betekende. Vgl. Du.: Stattfinden, plaatsgrijpen. Denk ook aan: woonstee, bedstee, hofstee, legerstee, haardstede, besteedster, be... Lees meer
Wat men in zijn bezit heeft is reëel, daar heeft men houvast aan, daar heeft men meer aan dan hetgeen nog niet ‘binnen’ (in ons bezit) is. Soms spreekt men ook van: ‘dat is habbes’, wat dan zoveel bet... Lees meer
Gezien de onbestendigheid (onstandvastigheid) van het weer hier in Nederland, behoeft het geen betoog dat deze zegswijze ironisch bedoeld wordt en het tegenovergestelde betekent van hetgeen ze uitdruk... Lees meer
Oorspronkelijk: vooruit zetten. Zijn uiterste best doen iets er goed af te brengen, in het bijzonder om op anderen een goede indruk te maken, zich van zijn gunstige zijde laten zien
In een gezellige kring een bijdrage schenken, voor materieel en geestelijk genoegen, bijv. een fles wijn of een lied ten beste geven. De zegswijze stamt uit de tijd der oude kampspelen. Daar heette ‘h... Lees meer
Men heeft, zonder onderzoek wie de beste was, de eerste maar genomen; men heeft maar zo in het wilde weg een greep gedaan. In het Vlaams luidt de zegswijze: de eerste de gereedste (vgl. ook Lat.: ‘Opt... Lees meer
Van de een nemen om het de ander te geven, van iemand iets lenen om er een ander mee te betalen. De uitdrukking is vermoedelijk ontleend aan een oude kroniek uit de tijd van de Frankische koning Dagob... Lees meer
‘Besterven’: doodgaan. Vermoedelijk ontleend aan de geschiedenis van Nabal in I Sam. 25:37: ‘Het geschiedde nu in de morgen, toen de wijn van Nabal gegaan was, zo gaf hem zijn huisvrouw de woorden (va... Lees meer