Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Gepubliceerd op 06-05-2022

Antes

betekenis & definitie

adv. te voren, vroeger, eerder; liever; antes (y) con antes, o cuanto antes, zo spoedig mogelijk; antes hoy que mañana, liever vandaag dan morgen; antes de, prep. voor, alvorens te; antes de ayer, eergisteren; antes bien, veeleer; antes de anoche, eergisteravond; antes que, conj. voordat.

< >