OOG VOOR DE NATUURLIJKE GROEIWIJZE
Bij een krooncorrectie is het belangrijk dat de boom zijn natuurlijke groeivorm behoudt. Er wordt gekeken of de boom gelijkmatig vertakt en evenwichtig van vorm is. Een goed ontwikkelde boom valt over het algemeen op door één doorlopende stam. Er zijn echter ook soorten die een aantal zware, min of meer gelijkwaardige hoofdtakken ontwikkelen, als het ware een struikvorm op stam. Hier gaan we met name in op de vorm met doorlopende stam, omdat het belangrijk is takken die die vorm verstoren tijdig weg te halen.
ÉÉN DOORLOPENDE STAM
In de praktijk ontwikkelen bomen regelmatig meerdere nieuwe toppen. Hierdoor krijgt de boom uiteindelijk een dubbele stam. Om dat te voorkomen, moet één van de twee toppen worden verwijderd. Daarbij wordt de meest rechte en doorlopende top intact gelaten en wordt de tweede top gesnoeid. Dat weghalen gebeurt zo dicht mogelijk tegen de stam, maar wel met behoud van de takkraag. Die takkraag is te herkennen aan de tekening van de bast.
De structuur van de bast van de hoofdstam verbreedt zich iets op de plaats waar de zijtak aanhecht. De structuur van de bast van de zijtak staat daar haaks op. Daartussen moet de zijtak worden afgezaagd. Enige kronkels of andere grilligheden in de stam verdwijnen vanzelf met het ouder worden. De snoeiwond moet met wondbehandelingsmiddel worden ingesmeerd.
ZUIGERS EN ANDERE ONGEWENSTE TAKKEN
Een mooie kroonopbouw wordt ook nogal eens verstoord door zogeheten zuigers, ook wel concurrerende takken genoemd. Dat zijn verticaal groeiende takken die dwars door de kroon groeien. De zuigers worden in hun geheel verwijderd, waarbij wel rekening wordt gehouden met de takkenkraag waar de zuiger uit voortkomt.
In een 'ideale' kroon van een boom groeien de takken regelmatig naar buiten. De ideale boom bestaat echter niet, dus zullen er altijd takken zijn die dwars door de kroon groeien. Zeker wanneer de takken zich gaan verdikken, kunnen ze tegen en zelfs in elkaar gaan groeien, wat op den duur flinke schade aan de kroon kan opleveren. Daarom worden die ongewenste takken uit de kroon verwijderd, zodat alle takken gelijkmatig naar buiten kunnen groeien zonder dat ze andere takken raken.
DUNNEN VOOR LUCHT EN LICHT
Dunning wordt uitgevoerd om de kroon van een boom. Ongewenste takken snoeien
voldoende licht en lucht te geven. Als bomen te groot of te dicht worden, kunnen ze worden gedund. De noodzaak wordt vooral zichtbaar als er veel dood hout in de kroon ontstaat en als het bladerdek aan de buitenkant van de kroon dun wordt. Door te dunnen, zal er vanuit de boomkroon nieuwe aanwas van takken en blad ontstaan. Bij dunning worden gelijkmatig over de kroon verdeeld enkele zware takken met een speciale takkenzaag verwijderd.
Om uitscheuren te voorkomen, worden de af te zagen takken eerst aan de onderkant enkele centimeters ingezaagd. Daarna wordt vanaf de bovenkant de tak helemaal weggezaagd, maar niet te dicht op de stam. Behandel de snoeiwonden met wondbehandelingsmiddel.
GEWENSTE ONREGELMATIGE GROEI
Nothofagus is, mits als boom opgekweekt, een van de weinige soorten waarbij een onregelmatige groei gewenst is. Ook een dubbele top en een grillige vertakking horen bij het specifieke uiterlijk van deze boom. Krooncorrecties zijn dus nauwelijks noodzakelijk, hooguit wanneer de boom te veel uit zijn verband groeit.