Thuja plicata: De reuzenlevensboom is afkomstig uit het westen van Noord-Amerika en kan daar wel 50 meter hoog worden. Het is ook een van de belangrijkste houtleveranciers (Western Red Cedar) in Noord-Amerika en Canada.
In Nederland worden vaak lagere rassen voor in de tuin gebruikt. In ons klimaat wordt deze conifeer op oudere leeftijd uiteindelijk zo'n 20 meter hoog. Het is een snelgroeiende boom met een roodbruine schors. De takken en het loof van de reuzenlevensboom zijn iets grover dan bij de andere Thuja-soorten en het blad glimt ook wat meer. De kegels zijn ruim 1 cm in doorsnede en langwerpiger en groter dan die van de westerse levensboom.Door zijn hoogte is T. plicata niet echt geschikt voor kleine tuinen, maar met de lagere rassen zijn goede windsingels of hagen te maken. De cultivars 'Excelsa' en 'Atrovirens' zijn geschikt voor een haag. T. 'Zebrina' heeft geelgroen gestreept blad, wat een zeer grappig effect kan geven in de tuin. Naast de hoge rassen zijn er ook dwergrassen, die geschikt zijn voor kleinere tuinen.
Bladverliezende heesters
Samen met de bomen geven de heesters, we noemen ze ook struiken, op verschillende manieren volume aan de tuin. Hoge heesters worden vooral in de randen van de tuin gebruikt. Op de achtergrond van een border bijvoorbeeld, om een achterliggende muur of tuinafscheiding aan het oog te onttrekken, maar ook op de erfscheiding om privacy te creëren. Of juist heel bewust op de voorgrond, om strakke lijnen te doorbreken of als blikvanger. In de hiërarchie van de tuinbeplanting sluiten heesters aan op de vaste planten en andere bloeiende planten die meestal een rol op de voorgrond krijgen. Door ze echter juist op elkaar aan te laten sluiten, kunnen ze beeldbepalend zijn, bijvoorbeeld door een opvallende bloemkleur, decoratief blad, bessen, of een fraaie herfstkleur. Het sortiment aan bladverliezende heesters is bijzonder groot en maakt het mogelijk voor verschillende toepassingen in verschillende typen tuinen de meest geschikte soort te vinden.
De opvallendste heesters worden vanwege hun markante kenmerken ook als solitair gebruikt of op zijn minst in de voorgrond van de beplanting. Lage en middelhoge heesters, 0,50 tot 2 meter, worden als vullers gebruikt tussen de hogere heestersoorten, maar ook tussen hogere vaste planten. Hortensia is een mooi voorbeeld, want deze struik kan op kleur worden gecombineerd worden met vaste planten, maar kan ook als achtergrond dienen van een vasteplantenborder of als voorgrond van een heesterborder. Heesters die zo'n rol krijgen toebedeeld, moeten wel aan de verwachtingen kunnen voldoen. Veel heesters bloeien. Bloeitijden kunnen op elkaar worden afgestemd, zodat er altijd wel iets in bloei staat, maar let bij de keuze van heesters vooral op de afmetingen die ze kunnen bereiken, want dat bespaart onnodig snoeien.
De meeste heesters zijn redelijk tot gemakkelijk te snoeien, maar bij een aantal is de natuurlijke groeiwijze zo karakteristiek, dat snoeien eigenlijk jammer is. Met kunstmatige ingrepen krijg je de heester nooit in de vorm die hij van nature behoort te hebben. De juiste heester op de juiste plaats is dan ook het beste uitgangspunt voor een evenwichtige heesterbeplanting.