Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

stommerd, stommerik

betekenis & definitie

domoor. Stommerik klinkt wat scherper dan stommeling.

Daar heeft me een stommerik van een snijder, die ik hier, zoo als ge weet, voor mijne kleine besognes had, en ook de gekheid gehad heb u te recommanderen, eene nieuwe pantalon verknipt, waar ik hem nog wel een model van Pradier had bij gegeven, dat hij maar als eene machine te copiëren had... (Johannes Kneppelhout, Studenten-typen, 1839-1841)

< >