Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

belanda, blanda, blanda speklul

betekenis & definitie

(soldatentaal Ned.-Indië, thans verouderd) blanke of vreemdeling (een nieuw aangekomen koloniaal). Sedert ca. 1880.

Vreemd is het, dat, zoo bang de bevolking is voor het geheel, (zóó bang dat zij tot geen prijs zou willen vechten) de verhouding van den enkelen man tot den soldaat in ’t geheel niet zoo respectvol is, als men die zou verwachte: in verband met onze qualiteit van overwinnaar, en de onderdanigheid tegenover den blanda op Java. (De Groene Amsterdammer, 06/01/1895)

Als de Blanda’s niet voor Java vechten, dan hebben we ook niets meer met ze te maken. (Piet Bakker, De slag in de Javazee, 1951)

Hij respecteerde mij wel en kon of wilde niet vergeten dat ik een ‘blanda’, een blanke was; dat hij het dus in geen geval van mij mocht winnen. (Johan Fabricius, Hop heisa, in regen en wind, 1964)