Griselda Blanco (geboren op 15 februari 1943, bijnamen de Zwarte Weduwe, La Madrina en Godmother) was een Colombiaanse drugsbazin en maakte deel uit van het Medellínkartel. Ze leidde de drugshandel gedurende de hoogtijdagen van cocaïne in Miami (Verenigde Staten). Ze stond bekend om haar gruwelijke handelswijzen en haar moorddadigheid.
Blanco stond bekend om haar gruweldaden. Haar bijnaam de Zwarte Weduwe kreeg ze omdat ze verschillende sekspartners zou hebben vermoord. Ook liet ze graag omstanders en zelfs kinderen vermoorden. Ze was vooral actief in de jaren ’70 en ’80 van de vorige eeuw. Ze werd geboren in Cartagena (Colombia) en was in haar jonge jaren al betrokken bij criminele activiteiten. Halverwege de jaren ’70 vertrok La Madrina met haar echtgenoot richting de Verenigde Staten. Aangekomen in Queens (NY) zetten ze een handel in cocaïne op. In 1975 werd ze opgepakt op verdenking van drugshandel. Ze vluchtte terug naar Colombia voordat ze veroordeeld kon worden. Een paar jaar later keerde ze terug naar de Verenigde Staten, dit keer naar Miami.
Deze terugkeer was het begin van de Cocaine Wars in Miami. Miami was in de jaren ’80 een enorm drugsimperium geworden. Door het harde en vaak meedogenloze optreden van Blanco werd de strijd tussen met name Colombianen en Cubanen gewelddadiger. Er wordt geschat dat de Godmother achter minimaal 200 moorden heeft gezeten in deze periode. Hoewel drugsdealers lange tijd hun gang konden gaan in Miami en Zuid-Florida, zorgde Blanco met haar geweld ervoor dat er landelijke aandacht kwam voor het drugsprobleem. Toen de Verenigde Staten CENTAC 26 opzette, vluchtte Blanco naar Californië. In 1985 werd ze echter opgepakt door de DEA. Door procedurele fouten van justitie kwam ze in 2004 vrij en vluchtte ze naar Colombia.
Ze stierf op 69-jarige leeftijd toen ze op 3 september 2012 werd doodgeschoten in Medellín.
