Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie V
- vrijbuiterij
- vrijdag
- vrijdags
- vrijdenker
- vrijdom
- vrije
- vrije-uitloopkip
- vrijelijk
- vrijemarkteconomie
- vrijen
- vrijer
- vrijerij
- vrijersvoeten
- vrijetijdsbesteding
- vrijetijdskleding
- vrijgeboren
- vrijgeest
- vrijgelatene
- vrijgeleide
- vrijgemaakt
- vrijgemaakte
- vrijgesteld
- vrijgestelde
- vrijgeven
- vrijgevig
- vrijgevochten
- vrijgezel
- vrijgezellenavond
- vrijgezellenflat
- vrijgezellin
- vrijhandel
- vrijhandelaar
- vrijhandelstelsel
- vrijhaven
- vrijheid
- vrijheidlievend
- vrijheidsbeneming
- vrijheidsberoving
- vrijheidsbeweging
- vrijheidsboom
- vrijheidsgeest
- vrijheidsliefde
- vrijheidsoorlog
- vrijheidsstraf
- vrijheidsstrijder
- vrijheidszin
- vrijhouden
- vrijkaart
- vrijkaartje
- vrijkomen
- vrijkopen
- vrijkorps
- vrijkous
- vrijlaten
- vrijloop
- vrijlopen
- vrijloten
- vrijmaken
- vrijmarkt
- vrijmetselaar
- vrijmetselaarsloge
- vrijmetselarij
- vrijmoedig
- vrijpartij
- vrijplaats
- vrijpleiten
- vrijpostig
- vrijpostigheid
- vrijschop
- vrijspraak
- vrijspreken
- vrijstaan
- vrijstaat
- vrijstad
- vrijstellen
- vrijstelling
- vrijster
- vrijuit
- vrijverklaren
- vrijwaren
- vrijwaring
- vrijwaringsclausule
- vrijwel
- vrijwillig
- vrijwilliger
- vrijwilligerskorps
- vrijzinnig
- vrijzinnig-protestants
- vrille
- vrind
- vroed
- vroedkunde
- vroedschap
- vroedvrouw
- vroeg
- vroegboekkorting
- vroeger
- vroegertje
- vroeggeboorte
- vroegmis