Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie S
- scheurpartij
- scheurwol
- scheut
- scheutig
- scheutist
- schicht
- schichtig
- Schiedammer
- schielijk
- schiep
- schier
- schieraal
- schiereiland
- Schieringers en Vetkopers
- schietbaan
- schieten
- schieter
- schietgat
- schietgebed
- schietkatoen
- schietklaar
- schietlood
- schietmasker
- schietmot
- schietoefening
- schietpartij
- schietschijf
- schietschool
- schietspoel
- schietstoel
- schiettent
- schietterrein
- schietvaardigheid
- schietvereniging
- schietwapen
- schietwilg
- schiften
- schifting
- schiftingsvraag
- schijf
- schijfcactus
- schijfgeheugen
- schijfrem
- schijfschieten
- schijfwiel
- schijn
- schijnaanval
- schijnbaar
- schijnbeeld
- schijnbeweging
- schijnchristen
- schijndode
- schijndood
- schijnen
- schijngestalte
- schijnhandeling
- schijnheilig
- schijnhuwelijk
- schijnmanoeuvre
- schijnproces
- schijnsel
- schijntje
- schijnvertoning
- schijnvroom
- schijnvrucht
- schijnwerper
- schijnzwanger
- schijnzwangerschap
- schijt
- schijtebroek
- schijten
- schijterd
- schijterig
- schijterij
- schijthuis
- schijtlaars
- schijtlijster
- schijtluis
- schijventarief
- schik
- schikgodinnen
- schikkelijk
- schikken
- schikking
- schil
- schild
- schilddrager
- schilder
- schilderachtig
- schilderen
- schilderes
- schilderij
- schilderijenkabinet
- schilderijententoonstelling
- schilderijenverzameling
- schilderijlijst
- schildering
- schilderkunst
- schilderschool
- schildersezel