Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie P
- parbleu
- Parcen
- parcours
- pardoes
- pardon
- pardonneren
- parel
- parelbank
- parelcollier
- parelduiken
- parelduiker
- parelen
- parelgrijs
- parelhoen
- parelmoer
- parelmoeren
- parelmossel
- pareloester
- parelsnoer
- parelvisser
- parelvisserij
- parelwit
- parement
- paren
- parentage
- parenteel
- parenthese
- pareren
- parese
- paresthesie
- parfait
- parforcejacht
- parfum
- parfumeren
- parfumerie
- parhelium
- pari
- paria
- Parijs
- Parijzenaar
- parikoers
- paring
- paringsdaad
- paringsritueel
- parisappel
- Parisienne
- paritair
- pariteit
- pariteitentafel
- park
- parka
- parkeerautomaat
- parkeerbaan
- parkeerbeheer
- parkeerboete
- parkeerbon
- parkeerdek
- parkeerder
- parkeergarage
- parkeerhaven
- parkeerkaart
- parkeerlicht
- parkeermeter
- parkeerplaats
- parkeerschijf
- parkeerstrook
- parkeerstudie
- parkeerterrein
- parkeervak
- parkeerverbod
- parkeervergunning
- parkeerwachter
- parkeerzone
- parkeren
- parket
- Parket-Generaal
- parketpolitie
- parketvloer
- parketwacht
- parketwachter
- parkiet
- parking
- parkinson
- parklandschap
- parkoers
- parlando
- parlement
- parlementair
- parlementariër
- parlementarisme
- parlementeren
- parlementsgebouw
- parlementslid
- parlementszitting
- parlevinken
- parlevinker
- parlofoon
- parmaham
- parmantig
- parmezaan