Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie H
- haarspeld
- haarspeldbocht
- haarspit
- haarspray
- haarstilist
- haarstreng
- haarstukje
- haartooi
- haaruitval
- haarvat
- haarversteviger
- haarvlecht
- haarwater
- haarwerk
- haarworm
- haarwortel
- haarwrong
- haarzakje
- haas
- haasje
- haasje-over
- haast
- haasten
- haastig
- haastje-repje
- haastklus
- haastwerk
- haasvreter
- haat
- haat-liefdeverhouding
- haatbaard
- haatdragend
- haatimam
- haatzaaien
- habanera
- habbekrats
- habijt
- habitat
- habitué
- habitus
- hachee
- hachelen
- hachelijk
- hachje
- haciënda
- hacken
- hacker
- had
- Hades
- hadj
- hadji
- hadron
- haf
- hafnium
- haft
- hagedis
- hagel
- hagelblank
- hagelbui
- hagelen
- hagelkorrel
- hagelnieuw
- hagelschade
- hagelslag
- hagelsnoeren
- hagelsteen
- hagelwit
- Hagenaar
- hagendoorn
- Hagenees
- hagenprediker
- hagenpreek
- hagenroos
- hagiograaf
- hagiografie
- hagiografisch
- haiku
- haio
- hairextension
- hairspray
- hairstylist
- Haïtiaan
- Haïtiaans
- hak
- hakbank
- hakbijl
- hakbijlcomité
- hakblok
- hakbord
- haken
- hakenkruis
- hakhout
- hakje
- hakkebord
- hakkelaar
- hakkelen
- hakkelig
- hakken
- hakkenbar
- hakkenei