Definities van Prisma Woordenboek Nederlands in de Ensie F
- f
- F
- f-sleutel
- f.o.b.
- fa
- fa.
- faal
- faalangst
- faam
- fabel
- fabelachtig
- fabricaat
- fabricage
- fabriceren
- fabriek
- fabrieken
- fabrieksaardappel
- fabrieksfout
- fabrieksprijs
- fabrikant
- fabuleus
- façade
- face
- face to face
- facebooken
- facelift
- facet
- facie
- facilitair
- faciliteit
- faciliteitengemeente
- faciliteren
- facsimile
- facsimile-uitgave
- factchecken
- factie
- faction
- facto
- factor
- factorij
- factotum
- factsheet
- factureren
- factuur
- facultatief
- faculteit
- fader
- fading
- fado
- fagot
- Fahr.
- Fahrenheit
- faience
- failleren
- failliet
- faillissement
- fair
- fair trade
- fairtrade
- fait accompli
- fake
- faken
- fakir
- fakkel
- falafel
- falanx
- falen
- falie
- faliekant
- fall-out
- fallisch
- fallus
- falset
- falsificatie
- falsificeren
- fameus
- familiaal
- familiair
- familie
- familiebericht
- familiekunde
- familienaam
- familieomstandigheden
- familiestuk
- familyfilter
- fan
- fanaat
- fanaticus
- fanatiek
- fanatiekeling
- fanatisme
- fanclub
- fancy
- fancy fair
- fandango
- fanfare
- fanfarekorps
- fanmail
- fantaseren
- fantasie
