Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 19-04-2022

Bubo

betekenis & definitie

Br. bubon (βουβών, liesklieren, liesstreek), zwelling der liesklieren, vooral bij builenpest en zachten sjanker. B. acutus, heete bubo, zie B. consensualis. B. consecutivus, opvolgende bubo (populair „klapoor”) bij weeken sjanker. B. consensualis, acute, pijnlijke zwelling der klieren tengevolge van het binnendringen van ziektekiemen in het vaatgebied der klieren. B. indolens, pijnlooze bubo, bij chronische huiduitslagen aan de beenen, vooral bij prurigo, maar het veelvuldigst als syphilitische B. B. strumosus, kropachtige B., een vorm van B. syphiliticus, die voorkomt bij scrofuleuse of tuberculeuse personen, en een diffuse zwelling der geheele liesstreek vormt. Bubon d’emblée (eigenlijk onverwachte B.), een B. met ettering, die zich onverwachts vertoont, zonder dat een zachte sjanker is opgemerkt. Bubon satellite, begeleidende B. (satelles, lijfwacht), de primaire, syphilitische klierzwelling in de nabijheid van de ingangspoort der besmetting. B. specificus (vgl. specifiek), = B. indolens.

< >