Theodorus Marinus de Kok geb. Den Haag 16 december 1918. Woonde en werkte aldaar tot 1956, Kedichem (Z.H.); thans in Vlaardingen. Leerling van de Vrije Akademie in Den Haag o.l.v. Joop Kropff en Kees Andréa.
Kunstschilder. Onderwerpen en kunstrichting: materieschilderen, abstrakt expressionistisch. Was tot vertrek uit Den Haag lid van De Haagse Kunstkring en is lid van de B.B.K. Gaf 4 jaar les aan de Technische School in expressievakken.
8 juni 1883, overl. Eindhoven 2 juni 1959. Woonde en werkte in deze stad, Amsterdam, Bussum tot 1936, Den Haag ca. 1936-1942, Soest tot 1951, daarna weer in Eindhoven. Leerling van de polychromeur H. J. Verplak, de Tekenschool te Eindhoven (behaalde in 1901 de hoogste onderscheiding), van P. de Boer, W. van Bokhoven en Ant. van Wely. Studeerde ook aan de Akademie te München en maakte studiereizen naar Innsbruck (landschappen) en Italië (stadsgezichten van Rome, Napels, Florence enz.). Schilderde en tekende, vooral veel muurschilderingen toen hij werkte voor het atelier voor kerkelijke kunst van W. van Bokhoven te Bussum (bijbelse voorstellingen); later legde hij zich meer toe op het portretschilderen, maakte o.a. het portret van koningin Wilhelmina. Ook landschappen en zeegezichten. Gaf les aan M. van der Sangen.
Luns: Mak van Waay.