prof. Abraham Frans Gips geb. Schiedam 26 april 1861, overl. Den Haag 29 september 1943. Woonde en werkte in Schiedam, Delft 1879-1881, Parijs 1882, Antwerpen 1884-1885, Brussel tot 1886, Bergen op Zoom tot 1893, Delft tot 1912, daarna in Den Haag.
Leerling van zijn vader C. Gips (1877-1879), cursus M.O. Polytechn. School te Delft o.l.v. A. Ie Comte (1879-1881), te Parijs (1882), van de Antwerpse Akademie o.l.v. Ch. Verlat (1884-1885), de Brusselse Akademie o.l.v. J. Portaels (1885-1886).
Leraar later, (1905) hoogleraar aan de Technische Hogeschool te Delft. Maakte ontwerpen voor kunstnijverheid en grafische kunst, schilderde en tekende portretten en stadsgezichten, heeft ook enkele bouwwerken ontworpen. Gaf o.m. les aan J. C. van Deventer, W. van Dort, K. A. Feldmann, P. C. Kramer, H. Schaap en V. Wirix.
Tentoonstellingen Arnhem 1890 en 1893. Maastricht 1890 en Rotterdam 1902: portretten (tekeningen); een koolveld; aan het Zwarte Water bij Zwolle; gezicht aan de haven te Bergen op Zoom; gezicht in de Wouwse Plantage.