Kuno Brinks geb. Bussum 24 maart 1908. Werkt sedert 1917 in Amsterdam. Leerling van het Rijksinstituut tot opleiding van tekenleraren te Amsterdam o.l.v. Bakker, K. van Leeuwen en H. Luns en van de avondklasse Rijksakademie aldaar.
Tekent, vooral graficus (etst, kopergraveur, drogenaald) in klassicistische trant landschappen, dieren, portretten en naakten. Verwierf in 1933 de Prix de Rome (kopergravure). Hoogleraar aan de Rijksakademie v. B.K. te Amsterdam.
Gaf o.m.les aan J. H. M. Bouman, M. J. van Everdingen, J. M. Groenestein, C. J. ten Hoope, J. J. van der Sluijs, L. A. Strik, J. Stroosma, E. Thorn Leeson, A. H. van de Ven, P. A. C. A. Vos, J. van der Zee. Lid van 'Arti et Amicitiae’ en van ‘De Grafische’.
Werk in het Singer Museum te Laren (N.H.). Het Nederlandse Postmuseum Den Haag: een aantal ontwerpen voor Ned. postzegels. Rijkscollectie: graf. werk.
Luns; Mak van Waay; The Studio 136, 1948 (M. Severin, blz. 118-119); C. Veth, 'K. Brinks' enz., (R'dam-Antwerpen. 1946); Van Hall II; Waller.