Joseph Hartogensis Bzn geb. Den Bosch 7 mei 1822, overl. Düsseldorf (Dld) 16 juli 1865. Verbleef lange tijd in het buitenland en kwam met korte tussenpozen in zijn vaderland terug; van 1845-1847 Antwerpen-Brussel-Namen en Dinant; van 1849-1853 Düsseldorf (Rijn, Moezel), München, Tirol-Salzburg-Vorarlberg-Zwitserland; in 1857 woonde hij in Rotterdam in bij de tekenleraar E. L. Jacobson; van 1857-1858 in München; in 1859 Wenen en Parijs; van 1860-1861 Düsseldorf; in 1861 Zwitserland en in 1864-1865 Düsseldorf.
Woonde van 1849-1857 in Den Haag. Leerling van de Koninklijke Akademie in Den Bosch, o.l.v. D. F. du Bois, van S. L. Verveer en van B. C. Koekkoek te Kleef (1842-1844). Medewerker van D. J. Bles.
Schilderde landschappen, heeft ook geëtst en gelithografeerd.
Tentoonstellingen Amsterdam en Den Haag 1841-1864: winter in Oisterwijk; enkele parkgezichten, gestoffeerd door David Bles; etsproeven; korenoogst in Gelderland; gezicht in Noord-Tirol; landschap bij Doorwerth; in de Beierse Hoge Alpen; landschap bij München; een bergmeer; enkele bosgezichten; en veel diverse landschappen.
Haags Gemeentemuseum: een riviergezicht. Rijksprentenkabinet Amsterdam: tekening(en).
Kramm; Kunstkronijk 1849 (blz. 60). 1866 (blz. 72); Plasschaert; Scheen; Thieme-Becker; Van Hall I; Waller; Wurzbach.
