Johannes Willem Simon de Groot geb. Rotterdam 2 september 1877, overl. Lunteren 3 februari 1956.
Woonde en werkte in Rotterdam, Brussel, Parijs, Spanje, Napels, Rotterdam 1912-1913, Blaricum tot 1916, Ermelo, Heeze (N.Br.) tot 1920, van 1920 af in Lunteren (gem. Ede). Leerling van de Akademie v. B.K. te Rotterdam o.l.v. J. Striening en A. H. R. van Maasdijk, van de akademies te Brussel en Parijs.
Schilderde, tekende en lithografeerde landschappen, figuren, portretten, interieurs met boerenfiguren, stillevens. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam.
Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Waller.