Johannes Mauritz Jansen geb. Angerlo (Gld) 25 juli 1811, overl. Utrecht 25 maart 1857. Woonde en werkte in Bingerden 1835-1836, Hilversum 1836, Bingerden tot 1838, Utrecht 1839, Amsterdam tot 1841 en van 1842 af in Utrecht. Waarschijnlijk leerling van de Koninklijke Akademie te Amsterdam.
Schilderde bosachtige landschappen in de trant van B. C. Koekkoek. Van beroep kunstschilder.
Tentoonstellingen Amsterdam, Den Haag en Rotterdam 1835-1846: bosgezichten en boomrijke landschappen.
Kramm; Scheen; Thieme-Becker; Wurzbach.
