Jan Voerman jr. geb. Hattem 23 januari 1890. Woonde en werkte in Hattem tot 1917, Den Haag tot 1921, Vogelenzang tot 1923, Amsterdam tot 1925, Overveen tot 1928, Laren (N.H.) en sinds 1933 in Blaricum. Was leerling van zijn vader Jan Voerman sr, van de Rijksakademie te Amsterdam (1913-1914) o.l.v. C. L. Dake en daarna van de Akademie v. B.K. in Den Haag (1919-1920) o.l.v. D. P. J. de Ruiter (lithograferen).
Schildert, aquarelleert en tekent de levende natuur, in hoofdzaak de plantenwereld, landschappen en stillevens, weinig figuur. Kreeg reeds op zéér jeugdige leeftijd 1e opdracht voor het vervaardigen van de illustraties voor de Verkade-albums. Een uitstekend illustrator en groot lithograaf.
Elsevier LXXXVIl (1934) blz. 75; Luns: Mak van Waay; Plasschaert: Van Hall I: Waller.