Gepubliceerd op 14-02-2019

Adam van der woude(n)

betekenis & definitie

Adam van der Woude(n) ged. Amsterdam 7 juni 1801, overl. Amsterdam 30 maart 1877.

Signeerde: A. van der Woude. Woonde en werkte aldaar, in Den Haag van 1852 tot 1853, Maartensdijk van 1867 af, dan weer in Amsterdam.

Staat in de adresboeken tot 1851 vermeld als winkelier in kruidenierswaren; in de bevolkingsregisters daarna als kunstschilder.

Tentoonstellingen Amsterdam 1836 tot 1856, Groningen 1841 tot 1871, Den Haag 1839 en Leeuwarden 1853: veel stadsgezichten, o.m. de Rotterdamse Poort te Delft; de markt te Keulen; de Grote Kerk te Rotterdam; de Stompe toren te Zutphen; stadsgezicht in 1840 (gestoffeerd door J. van der Stok); gezicht aan de wal te Utrecht; gezicht op een oud kasteel bij Arnhem; enz.

Scheen.

< >