Neerslag in de vorm van geheel of gedeeltelijk doorzichtig ijs (hagelstenen). De hagelstenen zijn gewoonlijk bolvormig, kegelvormig of onregelmatig van vorm.
Ze vallen afzonderlijk of samengeklonterd tot onregelmatige brokken uit een wolk. De diameter ligt tussen 5 en 50 mm. Hagel ontstaat als korrelsneeuw door een luchtlaag met veel, en vooral grote, onderkoelde waterdruppels valt. Er ontstaan dan korrels met een doorzichtig buitenlaagje (korrelhagel). Hagel valt gewoonlijk tijdens zware onweersbuien. Als door de aanwezigheid van verticale luchtbewegingen op grote hoogte korrelsneeuw of korrelhagel enkele malen in een wolk op en neer wordt getransporteerd, kan bij elke nieuwe cyclus het aangroeiproces opnieuw beginnen. Zo ontstaan hagelstenen die een doorsnede van enkele centimeters kunnen hebben en die een schilvormige opbouw vertonen.
Zie ook: coalescentie
Zie ook: hydrometeoor
Zie ook: Wegener-Bergeron-proces
