Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek (1985)

Gepubliceerd op 09-03-2021

Samen op weg

betekenis & definitie

Benaming voor het op hereniging gerichte toenaderingsproces van de Ned. Hervormde Kerk en de Gereformeerde Kerken in Nederland.

Verschillende gebeurtenissen hebben deze toenadering gunstig beïnvloed: de samenwerking tijdens de Tweede Wereldoorlog, de vernieuwingsbeweging in de Ned. Hervormde Kerk lei-dend tot de invoering van een nieuwe kerkorde (1951), de theologische ontwikkelingen, m.n. onder invloed van Karl Barth, en de deelname aan de oecumenische beweging (Wereldraad van Kerken). Tussen 1949—55 vond in drie ronden een theologisch gesprek plaats tussen vertegenwoordigers van beide kerken over wezen, gestalte en grenzen van de kerk, over haar apostolaire en maatschappelijke verantwoordelijkheid en over de leer aangaande de H. Schrift. Toch leidde dit alles nog niet tot een grotere geestelijke eenheid. De eerste aanzet daartoe gaf de oproep die negen hervormde en evenveel gereformeerde predikanten (‘de achttien’) Pinksteren 1961 lieten uitgaan, waarin zij stelden ‘dat de gescheidenheid van de hervormde en gereformeerde kerken niet langer geduld kan worden’. De oproep vond gehoor.

Vele duizenden hervormden en gereformeerden bezochten de landelijke en regionale toogdagen, die resp. in 1962 en 1964 werden gehouden. Najaar 1969 bezocht een groep jongeren de synodevergadering van beide kerken. Hun pleidooi voor eenheid onderstreepten zij door de aanbieding van een breed uitgewerkte nota, getiteld Samen op weg, waarin een plan tot samenwerking en geleidelijke integratie was uitgewerkt, dat na tien jaar zou moeten uitlopen op hereniging van beide kerken. De synoden reageerden positief op dit voorstel, zonder zich overigens aan het voorgestelde tijdschema te binden. Een gemeenschappelijke werkgroep ‘Samen op Weg’ (sow) kreeg opdracht de problemen te inventariseren die overwonnen zouden moeten worden alvorens de kerkelijke gescheidenheid opgeheven zou kunnen worden. Intussen groeiden op plaatselijk vlak verschillende samenwerkingsvormen, mogelijk gemaakt door synodale regelingen: kanselruil, gezamenlijke kerkdiensten, samenwerking op catechetisch, diakonaal en apostolair terrein.

Verschillende niet-theologische factoren werkten de samenwerking ter plaatse in de hand: minderheidspositie van protestanten (Noord-Brabant en Limburg), nieuw gewonnen land (IJsselmeerpolders), nieuwe woonkernen (West-Nederland), ontvolking van het platteland (Friesland) en ontkerkelijking (grote steden). Deze gemeenten oefenden steeds meer druk op de landelijke beleidsorganen uit om vaart te zetten achter het proces van hereniging.

Op voorstel van de landelijke werkgroep sow besloten de generale synoden regelmatig samen te vergaderen. Voor de eerste maal vond een gezamenlijke (combi-)vergadering in 1973 in Utrecht plaats. Besloten werd de werkgroep om te zetten in een (interim)raad van deputaten, bijgestaan door werkgroepen voor geloofsvragen, voor de begeleiding van ontwikkelingen op het plaatselijke vlak en voor kerkordelijke aangelegenheden. Later werd daar nog een werkgroep voor financiën en organisatie aan toegevoegd. Daarna werden gezamenlijke synodevergaderingen gehouden in 1976, 1978, 1979, 1981, 1982 en 1984. Ook vraagstukken van andere aard kregen aandacht: de apostolaire opdracht van de kerk (1978) en de relatie tot de Rooms-Katholieke Kerk (1981). Bovendien ontvingen de gemeenten in een reeks publikaties hulp bij de voortgang van het plaatselijke integratieproces en inzicht in de theologische vragen waarvoor de kerken op weg naar de eenheid staan.

In 1986 zal het proces van Samen op Weg in een beslissend stadium komen, wanneer de gezamenlijke vergadering van de beide synoden - na raadpleging van de basis - besluiten zal of de samenwerking van beide kerken al dan niet tot een institutionele eenwording zal leiden. Bij een positieve beslissing zullen de beide kerken zich ‘in staat van hereniging’ bevinden, al zal de voltooiing van het integratieproces landelijk en plaatselijk dan nog enige decennia kunnen duren.

Het proces van Samen op Weg verloopt echter niet zonder aarzelingen. In de Ned. Hervormde Kerk zijn velen beducht dat het volkskarakter in de gefuseerde kerk verloren zal gaan; de rechtervleugel vreest dat hereniging zal leiden tot verzwakking van het reformatorische karakter van de kerk, zoals dat in de klassieke belijdenisgeschriften tot uitdrukking komt. Vele gereformeerden vrezen de invloed van de vrijzinnigheid in de Hervormde Kerk. [dr.C.P.van Andel]

Publikaties: Samen op Weg (1972), Handreiking ten dienste van de samenwerking van hervormde gemeenten en gereformeerde kerken op plaatselijk vlak (1977), Samen onder één doop (1979), Samen onder één herder (1980), Samen kerk zijn in de nabije toekomst 1 (1980), Een weg voor samen?! (1981), Onze gezamenlijke opdracht in de jaren ’80 (1982), Samen kerk zijn in de nabije toekomst 2 (1983), Samen dienstbaar (1984).

LITT. C.P.van Andel, Hervormden en gereformeerden onderweg (1973); J.Roos e.a., Spreken over Samen op Weg (1984); J.G.A.Thijs (red.), Samen op Weg: een huishoudelijke twist (1984).