Gebied in het heuvelland van Zuid-Limburg ten zuidwesten van de Geul. Het gebied heeft grote landschappelijke en natuurwetenschappelijke waarde, doordat er droogdalen, holle wegen, houtwallen, bosjes en veel kenmerkende plante- en diersoorten voorkomen.
De ondergrond bestaat uit mergel, een grondstof voor de cementindustrie. De ENCI (Eerste Ned. Cement Industrie, Maastricht) vroeg in 1976 een vergunning aan om 443 ha te mogen afgraven en na afgraving te herinrichten. De concessie die deze onderneming heeft voor het afgraven van de Sint-Pietersberg loopt nl. in 1991 af. De ENCI wil voor de periode erna van de aanvoer van mergel verzekerd blijven. Door natuurbeschermingsorganisaties en particulieren is hevig geprotesteerd omdat een groot aantal mensen uit het gebied zou moeten verhuizen en er veel aan natuurwaarde verloren zou gaan.
Niet alleen in dit gebied aanwezige soorten dieren worden bedreigd, maar ook roofvogels en dassen uit de omgeving, die voedsel zoeken op het Plateau. Daarnaast zou afgraving grote veranderingen in de grondwaterstand in de omgeving met zich meebrengen, waardoor nabijgelegen natuurgebieden, beken en bronnen zouden kunnen uitdrogen.
