Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek (1985)

Gepubliceerd op 09-03-2021

Leegstandwet

betekenis & definitie

Ned. wet van 19.3.1981 die tot doel heeft ongerechtvaardigde leegstand van woningen tegen te gaan. Uiterlijk een maand nadat een woning of gebouw is leeggekomen, moet de eigenaar dit melden.

Als sanctie op niet-nakoming van de meldingsplicht wordt met hechtenis of geldboete gedreigd. In een door het gemeentebestuur bij te houden leegstandsregister worden de leeg gemelde woningen en gebouwen aangetekend, ook ambtshalve als de eigenaar zijn meldingsplicht niet nakomt; hieruit volgt dat iedereen leegstand kan melden. Burgemeester en wethouders zijn gehouden uiterlijk na vijf maanden geregistreerde leegstand een beslissing omtrent vordering te nemen. Vordering door het gemeentebestuur betekent dat de woning of het gebouw aan een door de gemeente aangewezen gegadigde wordt toegewezen.De Leegstandwet voorziet tevens in de anti-kraakwetgeving. Zij die een wederrechtelijk in gebruik genomen leegstaande woning of leegstaand gebouw niet aanstonds op vordering van de eigenaar ontruimen, zijn strafbaar. De burgemeester beveelt dat de overtreders binnen een door hem te bepalen termijn dienen te vertrekken. Drie maanden na de inwerkingtreding van de wet (1.1.1985) kan men krakers anoniem dagvaarden. De kosten die verbonden zijn aan de uitvoering van de wettelijke regeling hebben ertoe geleid dat de inwerkingtreding is opgeschort.