(Sinds 1957 sir), Engels historicus en politiek filosoof, *6.6.1909 Londen; van joods-Russische afkomst. Berlin kwam in 1919 naar Groot-Brittannië en studeerde filosofie te Oxford.
Hij doceerde dit vak aldaar tot hij in diplomatieke dienst ging. Van 1942-45 werkte hij voor de ambassade te Washington en van 1945-46 voor die te Moskou. Daarna was hij hoogleraar politieke filosofie aan diverse Britse, Amerikaanse en Australische universiteiten. Vanaf 1974 was hij tevens president van de British Academy. Berlin is bekend om zijn grote kennis over de Russische geschiedenis. Verscheidene van zijn boeken werden standaardwerken en zijn in diverse talen vertaald.
In 1983 kreeg Berlin de Erasmusprijs. Werken: Karl Marx (1939; herziene druk 1978), The hedgehog and the fox (1953; 4e dr. 1979), Historical inevitability (1954), The age of enlightenment (1956), Two concepts of liberty (1959), Mr Churchill in 1940 (1964), Fathers and children (1972), Vico and Herder (1976), Russian thinkers (1978), Concepts and categories (1978), Against the current (1979), Personal impressions (1980).
