Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Sorbus

betekenis & definitie

Sorbus - Plantengeslacht der Rosaceeën, tegenwoordig veel beschouwd als een ondergeslacht van Pirus. De bij ons gekweekte soorten zijn boomen met kleine, witte, in vlakke tuilen geplaatste bloemen in Mei en meestal roode vruchten in September. Naar den bladvorm onderscheidt men de volgende soorten: S. aucuparia (zie LIJSTERBES) en S. americana, de echte lijsterbessen, met gevederde bladeren.

S. americana onderscheidt zich door de meer glanzende bladeren en door een roode herfsttint. S. aucuparia pendula is een fraaie treurboom.

S. hybrida met gedeeltelijk geveerde of diep ingesneden bladeren. Evenals de twee eerstgenoemde soorten groeit S. hybrida ook op voedselarmen bodem, maar toch het best op vruchtbaren, humusrijken zandgrond. Voor bloemen en vruchten wordt tamelijk veel licht vereiseht. Het is een bastaard van S. aria en S. aucuparia. S. torminalis heeft gelobde, van boven glanzend, donkergroene bladeren en bruine vruchten. De bodem moet leemhoudend zijn en rijk aan mineralen, vooral kalk.
S. Aria, de haagappelboom, heeft eivormige, gezaagde bladeren, die, vooral bij de variëteit majestica, van onder fraai witviltig zijn en bij de variëteit aurea et argentea tevens van boven goudgeel. De bodem moet droog, vruchtbaar, humusrijk en kalkhoudend zijn.