Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Musset

betekenis & definitie

Musset - (Alfred de), Fr. dichter, geb. en overl. te Parijs (1810—1867). Hij bezocht het lycée Henri IV, studeerde eerst in de rechten, daarna in de medicijnen, beoefende de teeken- en schilderkunst, las de groote Duitsche en Engelsche dichters, was zelfs eenigen tijd werkzaam bij een zakenman en gaf, in 1830, zijn eersten bundel verzen, Contes d'Espagne et d’Italië, uit, waarvan hij in de gelegenheid was verscheidene stukken, Venise, les Marrons du feu, Madrid aan Sainte-Beuve en aan Lamartine voor te lezen. De heele romantische jeugd ontving geestdriftig de gracievolle, tintelende verzen van den 17-jarigen dichter. In 1832 verscheen een nieuwe bundel, Un spectacle dans un fauteuil, waarin o. a. voorkomen la Coupe et les lèvres, een dramatisch gedicht, dat belangwekkende inlichtingen bevat over M.’s poëtische en aesthetische opvattingen.

Ook Rolla, één en al hartstocht, behoort nog tot hetgeen vóór 1833 verscheen. In dit jaar maakte hij met George Sand een reis naar Venetië, een voor beiden smartvol avontuur. La Confession d'un enfant du siècle (1835), in proza, is een eerste herinnering aan zijn verblijf in Venetië, een stuk autobiographie, die ons M. als een aan René en Werther verwante natuur doen zien. Zijn wanhoop en zijn wreede marteling vindt eveneens uiting in den cyclus der Nuits, die behooren tot zijn schoonste en beroemdste gedichten. Nuit de Mai, waarin de dichter, ondanks de aanmoediging en de smeekbede van zijn troostbrengende Muze, met verontwaardiging weigert zijn ongeluk te verhalen, is van 1835. Als dramatisch dichter is M. in den beginne niet gelukkig geweest. La Nuit Vénitienne (1830) werd uitgefloten.

Hij zwoer voortaan niet meer voor het tooneel te zullen werken en hield woord op een zeer eigenaardige manier, n.l. door het schrijven van Comédies et Proverbes, waartoe o. a. On ne badine pas avec l'amour (1834), Loreneaccio (id.), II faut qu’une porte soit ouverte ou fermée (1845), On ne saurait penser à tout (1849) behooren, waarin hij zich niet bekommert om de eischen, die het tooneel aan een stuk stelt. Toch zouden zij later, te beginnen met le Caprice, op de planken verschijnen. M. is ook de schrijver van Nouvelles et Contes, die veel bekoorlijks en geestigs bevatten, o. a. Margot, Histoire d'un merle blanc, Mimi Pinson, en aantoonen, dat hij niet alleen zijn eigen,, ik”, maar ook de hem omringende wereld van menschen en dingen kon waarnemen en schilderen. Kritische beschouwingen over de romantiek vindt men in de vier Lettres de Dupuis et Cotonet (1836—1837). Zijn laatste levensjaren waren zeer somber. Alleen het toenemend succes van zijn tooneelwerken en zijn opneming in de Académie française (1852) hebben daarin eenigen troost kunnen brengen. — Zie : Arvède Barine, A. de Musset (Coll, des Grands Ecrivains fr., Paris, 1893) ; Maurice Donnay, A. de Musset (Paris, 1914).

< >