Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Hobab

betekenis & definitie

Hobab - Hebr. naam, missch. afkorting van H.-êl „vriend Gods”, schoonbroeder van Mozes, Num. 10, 29 en Ex. 2,18 (Richt. 4,11 „schoonvader”, welk woord trouwens in ’t Hebr. met dezelfde medeklinkers wordt geschreven als ’t woord voor „schoonzoon”). H. was uit Midian afkomstig, hetgeen van belang is voor Mozes’ godsdienstige opvattingen; zie KENIETEN en REHUEL.

< >