Bunsen (Robert Wilhelm) - geboren 1811 te Göttingen, overleden te Heidelberg 1899. Sedert Berzelius is B. als de schitterendste vertegenwoordiger der anorganische chemie, niet slechts in Duitschland, maar in de geheele wereld te beschouwen, dien de negentiende eeuw heeft geleverd. Na in zijn geboortestad te zijn gepromoveerd en eene reis door Zwitserland, Duitschland, Oostenrijk en Frankrijk te hebben gemaakt, die hem ook het enorm praktische belang der chemie deed leeren kennen, ging hij naar Kassei als opvolger van Wöhler als leeraar aan de Industrieschool aldaar. Drie jaren later werd hij tot hoogleeraar te Marburg benoemd, 1851 te Breslau, 1852 als opvolger van Gmelin naar Heidelberg, waar hij tot 1889 als zoodanig werkzaam is gebleven.
Praktische onderzoekingen over de gassen, die uit de hoogovens ontwijken, leidden hem er toe een geheel nieuw systeem voor gasanalyse te ontwerpen, dat klassiek geworden is. Hetzelfde moet worden gezegd van zijne onderzoekingen over het kakodyl, die voor de organische chemie van de grootste beteekenis zijn geworden; na dezen arbeid heeft B. zich nooit meer op het gebied der organische chemie bewogen. B.’s beroemdste uitvinding is die, welke hij in samenwerking met Kirchhoff heeft gedaan: de spektraalanalyse. Het principe, door Bunsen toegepast in den door hem gekonstrueerden gasbrander, heeft tot in den jongsten tijd grooten invloed op de verwarmings- en verlichtingstechniek uitgeoefend. Ook de analytische en de mineralogisch-geologische chemie hebben aan B. tal van belangrijke resultaten en geheel nieuwe methoden te danken. Zie GASLAMP.
