Alfieri - (Vittorio, graaf), Ital. dichter en tooneelschrijver, geb. 17 Jan. 1749 te Asti (Piemont), overl. te Florence, 8 Oct. 1803. Hij studeerde weinig en zijn opvoeding was hoogst gebrekkig. Op 17jarigen leeftijd, vaandrig zijnde, kreeg hij van den koning verlof in Italië te reizen. Na ook een deel van Europa te hebben bereisd, keerde hij in 1772 te Turijn terug en begon zich aan de letteren te wijden.
Zijn eerste treurspel Cleopatra en een kluchtspel Ipoeti werden den 11en Juni 1775 opgevoerd. Hij zette zich toen ernstig aan de studie van zijn moedertaal en begon op nieuw Latijn (en later, in 1796, op 47-jarigen leeftijd ook Grieksch) te leeren. In October 1777 keerde hij naar Florence terug, alwaar hij kennis maakte met Louise, gravin van Albany, geb. von Stolberg—Gedern, aan wie hij teeder gehecht geraakte. Om zich hare achting waardig te maken, beijverde hij zich uit te munten in de kunst, die hij beoefende, en teneinde van alle andere zorgen ontslagen te zijn, droeg hij al zijn bezittingen op zijn zuster over, in ruil voor een jaargeld, en hield zich beurtelings te Florence en te Rome op. Toen de gravin van Albany door den dood baars echtgenoots, prins Karel Eduard, van alle banden bevrijd werd, leefde zij met Alfieri in de meest intieme gemeenschap, eerst in den Elzas, voorts te Parijs; volgens sommigen was in het geheim een huwelijk gesloten, 1788; zeker is, dat dit nimmer publiek is gemaakt door de betrokkenen. Bij het uitbreken der revolutie, ging Alfieti naar Engeland, doch keerde weldra te Parijs terug; in 1792 zag hij zich andermaal gedwongen, Frankrijk te verlaten, en steeds vergezeld van de gravin Louise van Albany, vestigde hij zich toen te Florence, waar zijn stoffelijk overschot in de kerk Santa Croce rust onder een prachtig gedenkteeken van Canova.
Alfieri schreef 21 treurspelen, 6 comedies, 1 tramelogedia (een benaming door hem zelf uitgedacht), vertalingen, sonetten, hekeldichten, liederen, enz., en zijn autobiographie. Van zijn tragoediën zijn te noemen: Filippo, Saul, Abele, Virginia, Oreste, enz. Zijn werken werden in 1804 door zijn weduwe uitgegeven. Litterat.: A. Reumont, Gli ultimi Stuardi, la contessa d’Albany e Vittorio Alfieri, in; Archivio Storico Ital., Serie 4a, Vol. VIII; D. Berti, La volonta e il sentimento religioso nella vita e nelle opere di Vittorio Alfieri, in: Nuova Antologia, 1872; G. Fenaroli, Importanza storica e letteraria di Vittorio Alfieri, Florence, 1873; A. Tedeschi, Studi sulle tragedie di Vittorio Alfieri, Turijn, 1876.