Albertinelli - (Mariotto di Bigio di Brisdo), Ital. schilder, geb. te Florence 13 October 1474, overl.
aldaar 5 Nov. 1515. Leerling van Cosimo Roselli, in wiens werkplaats hij met Fra Bartolommeo della Porta kennis maakte; van 1493 af werken deze schilders te zamen in één werkplaats. A. voltooide in 1500, toen B. in het klooster v. S. Marco was opgenomen, het fresco in S. Maria Nuova (Laatste Oordeel, thans Uffizi), dat door B. was begonnen. In 1508 werkt A. echter opnieuw met B., die wederom een groote werkplaats in S. Marco te Florence had ingericht. De invloed, dien de kloosterbroeder-schilder op A. had uitgeoefend, was groot en blijvend bemerkbaar in A.’s werk. Hunne samenwerking na 1508 gaat zoover, dat de beide schilders met een gezamenlijk monogram plegen te signeeren. Maar met dat al sohijnt B. de gevende, A. de ontvangende geweest te zijn,want toen A.hulp van zijn vriend door het verbreken hunner vriendschap in 1512 had verloren, liet hij het schilderen geheel en al varen en werd waard van een tavema, die in ’t bezit van zijn schoonvader was geweest. A. ’s werken zijn meestal gedateerd en vaak gemerkt.
Zij stellen zijn afhankelijkheid van duidelijk in het licht; waar de teekeningen van B. niet als voorbeeld dienden, is A. als een middelmatig schilder te herkennen. A.’s vroegste werk, van 1497,in den Dom te Volterra, Boodschap, in 1498 valt de voltooiing van B.’s laatste oordeel in S. Maria Nuova (het onderste gedeelte van A.). De werken uit den tijd, waarin hij met B. samenwerkte en beiden den invloed van Pietro Perugino’s gladde, rustige composities en schildertrant ondergingen, zijn: o.a. De visitatie (Maria en Elisabeth) in de Uffizi (prent van V. della Bruna) 1503, van 1505 een fresco in de Certosa di val d’Èma bij Florence (kruisiging met Johannes, Maria en Magdalena). In het Louvre: de Maagd met heiligen, 1506 — te zamen met Filippino en Lippi, die dit werk onvoltooid achtergelaten had. Geheel v. A.’s hand, zonder dat men er de teekeningen van B. bij gebruikt behoeft te veronderstellen, maar slechts oppervlakkig aan B. herinnerend: Madonna met heiligen in de Akademie te Florence; een altaartje in ’t Museo Poldi Pezzoli te Milaan. Van 1510 is de Boodschap te Florence, Akademie; weer sterk onder den invloed van B. Andere schilderwerken te Genève (museum) 1511, München (pinakotheek), de Besnijdenis, te Chartres en in Engelsche particuliere verzamelingen. Een meester, die richting wist te geven, is A. niet geweest; hij volgt de ontwikkeling van zijn eigenlijken meester Fr. B., ontleent soms aan Lorenzo di Credio en aan Leonardo’s, F. Lippi’s en Raffaels richting. Litteratuur en lijst van werken in Thieme-Beckers Kfinstlerlexikon.