Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Aardolie

betekenis & definitie

Aardolie of ruwe petroleum, natuurlijke vloeibare koolwaterstoffen met sterk wisselende samenstelling; steeds een mengsel, waarin de lagere, lichtere koolw. met lager kookpunt of de hoogere, zwaardere koolw. met hooger kookpunt meer op den voorgrond kunnen treden; in verband daarmee is de a. dunner of dikker vloeibaar; vaak bruingroen van kleur. De chemische aard der samenstellende koolw. is ook zeer verschillend; olie van Pennsylvanië bijna uitsluitend verzadigde koolw. van de formule Cn H2n + 2 die uit den Kaukasus voor een belangrijk gedeelte onverzadigde koolw. Uit technisch oogpunt belangrijker de gehalten aan verschillende produkten, die men bij het raffineeren door gefractioneerde distillatie uit de olie verkrijgen kan; zoo bevat olie van Penns. 55 — 70% lampolie, 3% paraffine; die uit den Kauk. 35 —40% lampolie, bijna geen par.; die van Galicië 50 % lampolie en dikwijls 8 % par. Bij sommige a. soorten blijft na het distilleeren een rest van par., bij andere een van asfalt.

Tegenwoordig is het benzinegehalte van grooten invloed op de waardebepaling. Kunstmatig heeft men, met a. in samenstelling overeenkomende, mengsels gemaakt zoowel langs anorganischen weg als uit plantaardige en dierlijke stoffen; het vraagstuk van den oorsprong van de nat. a. is nog niet definitief opgelost, echter zeer waarschijnlijk is zij van organischen oorsprong en wel door distillatie ontstaan uit sapropelgesteenten. Bij natuurlijke indamping, ook gepaard met oxydatie, ontstaat uit a. asfalt, ozokeriet enz., die dikwijls samen met a. voorkomen. Het dikwijls samen voorkomen van steenzout en a. wordt verklaard, doordat de baaien waar de omstandigheden gunstig waren voor sapropelvorming ook gelegenheid boden tot zoutvorming. A. is zeer bewegelijk, verplaatst zich in poreuse gesteenten en neemt, indien het met water samenkomt, steeds het bovenste deel van de ruimte in; vandaar dat a. in streken, waar ze gebonden is aan bepaalde geplooide lagen, steeds gezocht moet worden in de antiklinaalkammen of -toppen; dikwijls bevindt zich boven de a. nog brandbaar gas, bestaande uit de lichtste koolwaterstoffen. A. wordt gewonnen met behulp van diepboringen. De boortorens staan in sommige velden in duizendtallen dicht op elkaar. Als de a. onder druk staat, stijgt zij, na het aanboren van de laag, uit zich zelf naar boven: spuiter; in andere gevallen wordt zij gepompt.

Transport naar de raffinaderij zooveel mogelijk in pijpleidingen, anders in tankbooten of tankwagens.

Hoewel reeds in de oudheid vermeld en ook plaatselijk wel gebruikt (in Perzië waren bronnen van brandbaar gas voorwerpen van godsdienstige vereering) dagteekent de opkomst der petroleum-industrie eerst van het midden der vorige eeuw. De eerste maatschappij werd opgericht in 1854 om a te winnen in de streek van Tarantum (Penns.); in 1860 werden daar gewonnen 200 barrels per dag; in het begin van 1870 700, aan het einde 7000; alleen in New-York bestonden toen reeds 317 maatschappijen en de geheele streek tusschen Titusville en Oil City werd overdekt met boringen.

De behoefte aan a. is tegenwoordig bijna onbegrensd, de gezuiverde distillatieprodukten worden gebruikt als brandstof ter vervanging van steenkool, voor verlichting, in explosiemotoren, als smeermiddel en voor vele andere doeleinden. De totale productie 1870—1914 wordt geschat op 5.6 milliard barrels waarvan Ver. St. 60% Rusland, 29%, Ned. O. Indië 2,5% leverden. De voorraad is nog enorm; echter is de levensduur van iedere bron en van ieder veld beperkt.

Zoo is Penns. dat nog in 1890 bijna de geheele productie van het reusachtige olieveld der Appalachen leverde, sedert van 29 op 8 mill. barr. teruggegaan en vervangen door zuidelijker staten, die ook reeds weder verminderen. In 1914 werd van de totale prod. der Ver. St. gewonnen in mill. barr. in het veld der App. 24.1, Indiana 5.0, Illinois 21.9, Oklahoma 98.0, Texas 13.1, Californië 99.8, Colorado 3.8. Met 35.4 mill. ton olie leverden de Ver. St. 66.4 % van de wereldproductie van 53 mill. t. Van de overige 18 mill. t. leverden Rusland (uit de beide centra Bakoe en Grosny) 8.9 mill. t. of 16.7 % van het totaal, Mexico 2.8 m. t. of 5.3 %, Roemenië 1.9 m. t. of 3.2 %, Ned. O. Ind. 1.6 m. t. of 3.1 %. Zie verder PETROLEUM.