m. (-s), beperkingsregel, in de quantummechanica regel die aangeeft welke van alle denkbare overgangen mogelijk zijn. Elk atoom of molecule kan zich in een reeks energieniveaus bevinden, die elk door enige gehele getallen, de zgn. quantumgetallen, gekenmerkt zijn ( atoommodel).
Onder bepaalde omstandigheden kan het atoom of molecule van de ene toestand in een andere overgaan. Niet alle denkbare overgangen zijn echter mogelijk: van een gegeven aanvangstoestand uit kan het atoom of molecule uitsluitend naar enkele van de andere mogelijke toestanden overgaan. De selectie wordt steeds hierdoor bepaald, dat zekere quantumgetallen bij de toestandsveranderingen van het atoom niet willekeurig veel mogen verspringen, maar slechts ter grootte van + 1 , 0 of -1 (soms ook alleen met +1 of -1 ) mogen veranderen (Pauli-principe). Wanneer het atoom zich tijdens het veranderen van toestand in een sterk elektrisch veld bevindt, wordt de selectieregel verstoord: in dit geval kunnen veranderingen optreden, waarbij het azimutale quantumgetal met meer dan 1 of in het geheel niet verandert. De selectieregel is van zeer veel belang bij het ordenen en interpreteren van atoom-en moleculespectra.