protestantse geloofsgemeenschap in Nederland, ontstaan begin 17e eeuw in de strijd om de leer der uitverkiezing (predestinatie) . Hoogste bestuurslichaam is de algemene vergadering, die gevormd wordt door de dienstdoende predikanten, de hoogleraren aan het seminarie (Leiden) en de afgevaardigden uit de gemeenten. Voor de lopende zaken bestaat een commissie van tien leden.
De Remonstrantse Broederschap telt 25000 lidmaten, verdeeld over 35 gemeenten. Zij is lid van de Wereldraad van Kerken, de Wereldbond van Hervormde Kerken en de Conferentie van Europese Kerken.
GESCHIEDENIS
In 1604 ontstond een strijd tussen twee Leidse hoogleraren, de strenge calvinist F. Gomarus en de mildere J.Arminius, welke laatste in de predestinatieleer ruimte vroeg voor Gods wereldwijde genade en voor de menselijke verantwoordelijkheid. Het geschil verdeelde spoedig kerk en volk. De arminianen zetten hun standpunt uiteen in een remonstrantie (bezwaarschrift), die zij in 1610 bij de Staten-Generaal indienden. De gomaristen boden in 1611 een contra-remonstrantie aan. De Dordtse Synode (1618-19) veroordeelde de remonstranten.
Van hun predikanten werd verlangd een ‘acte van stilstand’ te ondertekenen. Meer dan 200 weigerachtige predikanten werden afgezet, ruim 80 verbannen. Onder leiding van J. Uytenbogaert stichtten zij op 30.9.1619 te Antwerpen de Remonstrantse Broederschap. Na de dood van stadhouder prins Maurits (♱1625) konden zij in de Republiek terugkeren. In de 19e eeuw kwam de Remonstrantse Broederschap tot bloei dank zij de veld winnende moderne theologen en toetreding van vrijzinnigen uit de Ned. Hervormde Kerk.
Na de Tweede Wereldoorlog zochten de Remonstrantse Broederschap en de Ned. Hervormde Kerk contact. In 1963 besloten zij vooral op plaatselijk vlak tot grotere samenwerking (o.a. door kanselruil en gemeenschappelijke avondmaalsvieringen).
LITT. L.J.N.K.van Aken, De Remonstrantse Broederschap in verleden en heden (1947); W. Aalders en J.A.van Nieuwenhuyzen, HervormdRemonstrants gesprek (1949); G.J.Heering, P.D. Tjalsma en A.L.de Heer-Cremer, De Remonstrantse Broederschap (1950).