v.,
1. verantwoording: afleggen, geven, vragen, eisen; ik ben u geen rekenschap verschuldigd, ik behoef u mijn beweegredenen niet te zeggen; vaak in de verbinding en verantwoording;
2. in de uitdrukking zich rekenschap van iets geven, zich het zijn of zo-zijn van iets duidelijk voorstellen, het zich realiseren, er aandacht aan schenken; zich geen (kunnen) rekenschap geven van, niet helder beseffen.