Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

rechterlijke organisatie

betekenis & definitie

samenstelling en inrichting van de rechterlijke macht in Nederland. Regelingen die hierop betrekking hebben zijn: de WRO van 1827, in werking getreden 1.10.1838, vele malen gewijzigd, de Wet Rechterlijke Indeling van 1951, de wet houdende een nieuwe regeling van de samenstelling der burgerlijke gerechten en van bezoldiging van de rechterlijke ambtenaren, en het Reglement 1 betreffende de wijze van eedsaflegging der rechterlijke ambtenaren, de afwezigheid, de afwisseling en de orde van de inwendige dienst van de Hoge Raad, de hoven en rechtbanken (KB van 1838).

De WRO wijst als de met rechtspraak belaste gerechten aan: de kantongerechten, de arrondissementsrechtbanken, de gerechtshoven en de Hoge Raad. Deze wet bevat bepalingen over de -rechtsmacht van de rechterlijke macht, de bevoegdheid van ieder gerecht afzonderlijk, de verhouding der gerechten onderling, de eisen van benoembaarheid tot lid van de rechterlijke macht, de mogelijkheid van ontslag uit het ambt, incomptabiliteiten, de vervanging in geval van afwezigheid, belet of ontstentenis, disciplinaire maatregelen, vakanties, de openbaarheid van terechtzittingen, de motivering van vonnissen en arresten, het verbod om te spreken met partijen of hun advocaten over aanhangige geschillen, de orde van beraadslaging, het geheim van de raadkamer, de eed, organisatie en taak van het openbaar ministerie, verkeersschouten, gerechtssecretarissen en gerechtsauditeurs. Er is collegiale rechtspraak en alleenrechtspraak. Rechtbanken spreken recht in meervoudige kamers van drie rechters en in enkelvoudige kamers van één rechter, gerechtshoven in meervoudige kamers van drie (in bepaalde zaken vijf) leden (in belastingzaken in rechterlijke organisatie. Overzicht meervoudige en enkelvoudige kamers), de Hoge Raad in meervoudige kamers van vijf raadsheren. De verhouding van de gerechten van verschillende rang tot elkaar is niet die van ondergeschikte tegenover meerdere.

Wel moet een lager gerecht zich in één bepaalde zaak gedragen naar de beslissing in die zaak na hoger beroep of cassatieberoep door een hogere rechter gegeven. De rechterlijke colleges en ambtenaren zijn onderling verplicht om te voldoen aan elkanders verzoeken om bepaalde werkzaamheden te verrichten of inlichtingen te geven ten dienste der justitie. Het aantal zittingen en de zittingsdagen worden vastgesteld bij reglement, dat door de minister van Justitie moet worden goedgekeurd. Ieder gerecht en iedere rechter worden in de uitoefening van hun functie bijgestaan door een griffier. Aan de gerechten zijn verbonden ambtenaren van het OM, belast met de handhaving van de wetten, met de vervolging van strafbare feiten en met het uitvoeren van strafvonnissen. Voor het recht op pensioen worden de rechterlijke ambtenaren als burgerlijke ambtenaren aangemerkt.

De Wet Rechterlijke Indeling bevat een vaststelling van de rechtsgebieden en zetels der rechtbanken en kantongerechten en geeft aan welke arrondissementen het rechtsgebied van ieder hof omvat. Er zijn 5 gerechtshoven, 19 rechtbanken en 62 kantongerechten (tabel).

Voor België: rechterlijke inrichting.