Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

priester-arbeiders

betekenis & definitie

m. (mv.), ben. voor een beweging onder rooms-katholieke priesters die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Frankrijk ontstond en zich vandaar naar andere landen verbreidde, vooral naar Duitsland en ook naar België.

M.n. de Franse priester-arbeiders (sinds 1941) werden bekend. In 1952 bedroeg hun aantal ca. 350. Velen van hen werden lid van de communistische vakbeweging. In 1953 bond de Congregatie van de Religieuzen te Rome de voortzetting van het experiment der priester-arbeiders aan strikte voorwaarden. Velen onderwierpen zich hieraan niet. In 1959 werd de fabrieksarbeid voor priesters verboden, maar in 1965 bereikte het Franse episcopaat overeenstemming met het Vaticaan over de voortzetting van deze moderne aanpak van zielzorg.

LITT.Les prêtres ouvriers. Documents (1954); J. Loew, Journal d’une mission ouvrière 1941-1959 (1959); M.Peitz, Kirche auf neuen Wegen. Die Arbeiterpriester von Dünkirchen (1972); T.van Dijck en J.Peijnenburg, De blinde hoek (1976).

< >