v., een systeem om garen te spinnen.
Bij de open-eindspinnerij worden de losse vezels naar een draaiend orgaan (de turbine) getransporteerd. In dit orgaan worden ze toegevoerd aan het vrije einde van het reeds gevormde garen en meegetwist, het gevormde garen wordt continu weggetrokken. De in de afbeelding gegeven open-eindspinmachine werkt als volgt. De vezellont treedt via de trechter (1) langzaam binnen, getrokken door de klemmende werking van de invoerwals (2) en de aandrukplaat (3). De wals (4), die van tanden is voorzien, plukt de vezels uit de vezellont en door de hoge snelheid (ca. 800 omw./min) worden weinig vezels snel verplaatst. De sneldraaiende turbine (7) (30000 omw./min) werkt als een ventilator.
De lucht die via het kanaal (6) wordt aangezogen en via de openingen (5) de turbine verlaat, wordt langs de oppervlakte van de wals geleid en neemt de vezels mee naar de turbine. De mantel van de turbine is konisch uitgevoerd. De vezels worden bij aankomst op het gedeelte met de kleinere diameter neergelegd, ze schuiven hierna door de centrifugale werking geleidelijk naar de grootste diameter toe en worden tenslotte in de hoek (8) verzameld. Binnen in de turbine is een stilstaande scheidingsplaat (9) geplaatst. Deze moet verhinderen dat de aankomende losse vezels direct in aanraking komen met het reeds gevormde garen. De aftrek vam het garen vindt plaats door een opening (10) in de scheidingsplaat. Het eind van het garen bevindt zich in de hoek (8) en wordt door de centrifugale werking van de turbine rondgeslingerd en gedraaid, waarbij de zich hier bevindende vezels worden ingedraaid en meegenomen.
