o. (—systemen), onderwijsstelsel, het onderwijs zoals dat is georganiseerd.
(e) Het onderwijssysteem bestaat uit een groot aantal schooltypen zoals:
kleuterschool, lagere school, lager technische school (LTS), huishoudschool, MAVO, HAVO, atheneum, gymnasium, universiteit. Daarnaast zijn er vele typen van middelbaar en hoger beroepsonderwijs. Met de term onderwijssysteem wordt bedoeld dat alle bestaande onderwijssoorten een samenhangend geheel vormen. Voor zover het gaat om schooltypen die op elkaar volgen, is deze samenhang duidelijk: men kan niet tot het atheneum worden toegelaten zonder eerst de lagere school te hebben gevolgd en voor toelating tot de universiteit is in het algemeen een vwo-diploma vereist. Minder vanzelfsprekend is dat er ook een samenhang bestaat tussen verschillende schooltypen die bezocht worden door leerlingen van een zelfde leeftijd, b.v. atheneum, MAVO en LTS. De →Mammoetwet van 1963 in Nederland diende juist om de samenhang in het voortgezet onderwijs te versterken. Er bestaan niettemin grote verschillen tussen de schooltypen, naar programma, naar leerlingenpubliek, naar leraren, naar diploma’s. Deze verschillen zijn afgeleid van de algemene maatschappelijke rol, die het onderwijssysteem vervult bij de toelevering van kennis en vaardigheden aan de jongere generatie. Het onderwijssysteem reproduceert in de jongere generatie de verdeling van kennis, arbeid en macht die in het gehele maatschappij-systeem voorkomt. De LTS-er ontvangt een andere opleiding dan de gymnasiast, niet alleen omdat het om verschillend begaafde leerlingen kan gaan, maar ten minste evenzeer omdat de maatschappij zowel geschoolde arbeiders als topfunctionarissen nodig heeft. Deze opleidingen verschillen niet alleen naar overdracht van typische vakbekwaamheden, maar ook naar waarden, normen en gedragswijzen die daarmee worden overgedragen. De LTS-er leert zich te identificeren met waarden, normen en gedragswijzen van de maatschappelijke benedenlaag, de gymnasiast doet hetzelfde ten aanzien van de maatschappelijke bovenlaag. Deze verschillen zijn complementair in die zin, dat iedereen op zijn eigen wijze leert zich te identificeren met het grondpatroon van de maatschappelijke orde. De arbeidsverdeling tussen de verschillende opleidingstypen is een afspiegeling van de arbeids- en machtsverdeling in de moderne maatschappij. Het onderwijssysteem weerspiegelt de sociale ongelijkheid van de samenleving (→onderwijssociologie). ().