[Eng., tepel], m. (—s), tepel; m.n.: een pijpstuk met buitendraad waarop aan weerszijden een buis geschroefd kan worden om pijpen te koppelen; het snijstempel, met een doorsnede in de vorm van het te ponsen gat, gebruikt in de ponsmachine; smeernippel, aansluitstukje, waar de smeerpers, met olie of vet op past en die voorzien is van een terugslagklepje; spanschroef aan de velgzijde van een draadspaak, b.v. in een fietswiel.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk