v., systeem om op een computer verscheidene programma’s tegelijkertijd te verwerken, waarbij de besturingseenheid afwisselend aandacht schenkt aan de programma’s.
Multiprogrammering maakt een efficiënter gebruik van een computer mogelijk, omdat de totale tijd nodig voor het verwerken van twee programma’s na elkaar, groter is dan de tijd nodig voor het gelijktijdig verwerken van deze programma’s met behulp van multiprogrammering.
B.v. het gelijktijdig verwerken van een programma met veel input/output en weinig rekenwerk met een programma waarin dat juist andersom is; in de tijd nodig voor het lezen van een ponskaart van het eerste programma, kunnen tienduizenden rekeninstructies van het tweede programma uitgevoerd worden.
Een deel van de tijdwinst gaat weer verloren doordat het bedrijfssysteem van de computer uit moet zoeken welk programma aan de beurt is (aan de hand van een prioriteitensysteem) en de gegevens van het tijdelijk inactieve programma op moet bergen om werkruimte voor het andere programma vrij te maken.
Bij multiprogrammering werkt de computer steeds aan één programma tegelijk, bij multiprocessing kan de computer aan verscheidene programma’s tegelijk werken doordat er meer dan één besturingseenheid mee verbonden is. Bij time−sharing is een groot aantal gebruikers via terminals verbonden met de computer, die beurtelings aan elk van de terminals een tijdje aandacht schenkt; door de grote snelheid waarmee dit gebeurt krijgt de gebruiker de indruk dat hij volledig over de computer kan beschikken.