[Lat., grootste], o. (-ma), de grootste waarde die een veranderlijke grootheid bereikt of kan bereiken: het van de snelheid; het maximum aantal leden; hij staat op zijn maximum, heeft het hoogste salaris dat hij kan bereiken.
Maximum en minimum heten samen extreme waarden. Bij de uitvinding (1684) van de differentiaal-en integraalrekening vond Leibniz de algemene regel dat de extreme waarden van een functie f (x) gevonden kunnen worden door de afgeleide functie f(x) = 0 te stellen.